Ik sprak vorige week iemand die vol trots was over het feit dat ze 45.000 euro aan spaargeld had.
Dat is een mooie som, alleen jammer dat ze boven de 30.000 euro een jaarlijkse heffing aan de belasting moet betalen. Een heffing die grofweg 1,5% groot is. Daarnaast is er nog een inflatie en als gevolg daarvan de verminderde koopkracht over heel het bedrag.
Haar spaargeld is dus na een jaar op de bankrekening staan qua koopkracht makkelijk 4% minder waard geworden.
Heb je daar zo hard voor gespaard?
4% van 45.000 is een bedrag van 1.800 euro. Dat is veel geld om te verspelen.
Wat kan je ‘anders’ doen?
Die heffing op spaargeld die kan ik, als je netjes je vermogen bij de belasting aangeeft, niet voorkomen. Die richting wil ik ook niet op gaan.
Wel kan je je afvragen of je zoveel spaargeld nodig hebt. Ook kan je eens kijken wat je kan doen om te voorkomen dat spaargeld je in feite geld gaat kosten omdat het als spaargeld niet oplevert.
Daarover morgen een eerste artikel in de nieuwsbrief