Toen ik begon te schrijven over wat ons geld eigenlijk is, toen werd ik voor gek en complottheorist versleten. Zelfs de toenmalige woordvoerder van de Rabobank dacht dat ik volkomen van het padje was geraakt. Hoe kwam ik toch aan die onzin over geld? Bijvoorbeeld deze uitspraak:
“De bank creëert geld met mijn belofte dat ik het geleende bedrag met rente terug ga betalen?”
Nee toch? De woordvoerder van de Rabobank had er een heel andere visie over.
De bank leent alleen maar geld uit van de andere spaarders, zo gaf hij mij aan.
Ik vroeg hem het jaarverslag van de bank er even bij te halen. Een korte blik over het staatje deed zijn theorie al omvallen.
Hmm, dan moet er een fout gemaakt zijn was zijn reactie.
Ja, zei ik, of ik heb gelijk, wat is waarschijnlijker?
– Nu zei hij, wat gek dat die fout in het jaarverslag nog niet eerder gezien is…
We zijn nu zo’n 15 jaar verder. Iedereen weet nu hoe geld werkt, of zou het kunnen weten als je enige moeite doet het te willen begrijpen. Jij gaat naar de bank voor een hypotheeklening en je handtekening is goed voor een bedrag waarbij je huis en die handtekening van je het onderpand vormen. De bank leent het aan je uit en je betaalt er een rente over die de bank bijschrijft bij haar winst. Het gekke is, ze hebben nooit voor dat geld hoeven te werken, maar ze verdienen er fors over. Geld dat er niet was, maar er nu wel is omdat jij je er garant voor hebt gesteld.
Is dat alles eerlijk?
Neen, dat is het niet, maar daar hebben de banken nooit mee gezeten. Het is mogelijk en dus doen ze het. De samenleving heeft zitten slapen en heeft de banken met hun geldcreatie een macht gegeven die ze nooit hadden mogen krijgen. We weten het, we vinden het niets, maar we doen er ook niets tegen.
Daar kan ik dan nog altijd niet bij.